Het is gelukt, we hebben weer een jaar volgemaakt. Voordat je de champagne ontkurkt loods ik je graag nog even door mijn hoogtepunten van 2023. Ik doe niet aan opsommingen in lijstjes, maar beschrijf het beste van dit jaar in korte stukjes. Ga er maar eens goed voor zitten want het kost je ongeveer 11 minuten leestijd.
I. Albums
Om te beginnen: muziek! Ik heb niet onder stoelen of banken geschoven dat ik groot fan ben van Did you know that there's a tunnel under Ocean Blvd van Lana Del Rey. Het is een duister album, waarvan elk streepje licht de grootste schoonheid bezorgt. Del Rey zingt over vallen en opstaan. Hoe harder je valt, hoe mooier je opstaat. Een van de nummers heeft de Japanse titel Kintsugi: het repareren van gebroken aardewerk met zilver en goud. Stop ze niet weg maar laat ze schitteren, die barsten.
Ik vind het titelnummer Did you know that there's a tunnel under Ocean Blvd misschien wel het mooiste wat ze ooit heeft geschreven. En van Fingertips draait je maag om. Geen album raakte me dit jaar meer dan deze.
We werden getrakteerd op twee albums van The National. Ze worden met elke luisterbeurt mooier. Op New Order T-Shirt van de plaat The First Two Pages of Frankenstein zingt Matt Berninger: 'I keep what I can of you'. In dat simpele zinnetje schuilt de ongrijpbaarheid van het leven is. Het is de plotselinge geur van vers brood op straat. Het is een aflopende liefde die je door de vingers glipt.
In Send For Me zitten ook een paar prachtregels. "If you’re ever heartsick in an elevator / Full of bachelorettes / Cornered in, and it’s taking forever / Please, don’t forget / Send for me whenever, wherever." En: "If you’re singing in a sons museum / Without a drop to drink / And you can’t even make eye contact / Can’t even think / Send for me whenever, wherever."
Op het tweede album Laugh Track staat dan weer Hornets, waarvan je bij eerste pianotoetsen al weet dat het een The National-klassieker wordt. Matt Berninger krabbelde het afgelopen jaar op uit een depressie en je hoort daarom niet per se de meest opbeurende muziek. Maar Smoke Detector bewijst dat de band zijn pit nog niet kwijt is. Het nummer ontstond tijdens een jamsessie. Gitarist Bryce Dessner keek naar Berninger en zag: "Deze man is er weer helemaal, zonder angst".
Spinvis kwam met een lekker uiteenlopende plaat. Be-Bop-A-Lula is voor mij zijn mooiste sinds Tot Ziens, Justine Keller uit 2011. Een eclectische verzameling van liedjes die zich in je hoofd nestelen. Steeds als ik iemand 'mijn god' hoor zeggen, maak ik hem in mijn hoofd af met 'wat een taxi kost'. Het is de eerste regel uit het prachtige Portugal. De kleine nummers blijven het mooist. Luister Speel dat ik leef maar eens, en dans mee als een tata met een zonnebril.
Lana Del Rey had al een lange albumtitel maar Sef wint. Op Ik zou voor veel kunnen sterven maar niet voor een vlag onderzoekt hij de problemen in onze maatschappij. Hokjesdenken, kapitalisme, bedachte landsgrenzen. Grote thema's, maar Sef maakt ze niet ondraaglijk zwaar. Hij houdt het dichtbij zichzelf en is liever een idealistische optimist.
Sef is een van de beste rappers van Nederland en komt nu met een concept en een idee. Het levert atypische hiphop op, maar de nummers vloeien probleemloos in elkaar over en worden dan een waardevol geheel. Dat betekent niet dat er geen hits met spitsvondige teksten op staan. Ik noem het aanstekelijke Anorak, Als Een Boom Valt ("Als je doodvalt op de grond en niemand post het / Heb je dan maar één lijk?") en de recht je raap-funk van De Machine.
II. Concerten
Ik herhaal wat artiesten uit het vorige segment, maar er is nu eenmaal overlap tussen mijn favoriete albums van 2023 en tournees die daar uit voortkwamen.
Op bevrijdingsdag zag ik Arctic Monkeys zoals ik ze al jaren niet had gezien. Op Lowlands vorig jaar was het optreden een beetje een domper, maar de band was waanzinnig in Amsterdam. Alex Turner had er zin in en live zijn de nummers van het vorig jaar verschenen album The Car weergaloos. Er had zelfs best minder oud werk bij mogen zitten, wat mij betreft. Body Paint was het absolute hoogtepunt. Het opbouwen van zo'n nummer kun je niet lang genoeg uitsmeren, tot de gitaren losbarsten en het kippenvel hoog op je armen staat.
Ook The National zag ik niet eerder zo goed. De ene keer zit de band er beter in dan de andere, maar The National geeft altijd alles. Nu waren ze op de top van hun kunnen met rammers zoals Squalor Victoria en Mr. November, maar het mooiste van de avond was About Today. Zorgvuldig naar een climax getild, maar met ruimte voor een stilte die door de Ziggo Dome gierde. Die voel ik nu nog.
Lana Del Rey kondigde haar concert een week van tevoren aan. De kaarten waren in tien minuten weg en de hele zaal was afgeladen vol met TikTok-tieners. Het gegil wat daar uit kwam, had ik niet helemaal verwacht na haar meest recente en nogal zwaar beladen album. Maar toen ik daar eenmaal doorheen was, werd het een concert om niet meer te vergeten. Haar gospelkoortje maakten Did you know that there's a tunnel under Ocean Blvd wonder boven wonder nog mooier dan op de plaat.
Ik hou een zwak voor The Veils. Dat is zo'n band die al jaren meegaat en prachtige liedjes blijft maken, maar toch steeds niet helemaal doorbreekt bij het grote publiek. In TivoliVredenburg overtuigde de band alweer, met liedjes van het sterke, dit jaar verschenen album ...And Out of the Void Came Love, afgewisseld met oudere publieksfavorieten als Swimming with the Crocodiles en Sit Down by the Fire. Na afloop van de show vertelde ik zanger Finn Andrews nog dat ik Time een van zijn mooiste nummers (en van dit jaar) vind. Die speelden ze helaas niet.
III. Films
Veel moois op filmgebied dit jaar. Veel lange films ook, van een speelduur van tweeënhalf á drie uur moet je eigenlijk niet meer schrikken. Kijk voor mijn hele lijst op Letterboxd, hier licht ik er alvast een paar uit.
Ik kwam als een wrak uit de bioscoopzaal na het zien van Aftersun. De mooiste film van dit jaar. Over een man die met zijn dochter op vakantie gaat naar een all-inclusive resort. Hij is jong vader geworden en moet er sindsdien het beste van maken, maar de somberte is in zijn leven geslopen. Aftersun voelt als een nostalgische vakantieherinnering. Het meeste wordt gezegd in de stiltes. Hoe langer de film duurt, des te vaker de pijn doorklinkt. Maar net zo goed is er ruimte voor onvoorwaardelijke liefde. Soms gaan die twee hand in hand.
In Anatomy of a Fall wordt het begrip waarheid minutieus onderzocht. Een man valt uit een raam in de Franse Alpen en ligt dood in de sneeuw. Alleen zijn vrouw, beroemd schrijfster, en zijn zoon waren thuis. Was het zelfmoord of werd hij geduwd? Wie spreekt de waarheid? Of eigenlijk: welke waarheid kies jij?
Op de valreep van het jaar zag ik The Boy and the Heron. De nieuwste van studio Ghibli en waarschijnlijk de laatste van de 82-jarige regisseur Hayao Miyazaki, al weet je dat nooit zeker. Hij kondigde zijn pensioen namelijk al een paar keer eerder aan.
Dit lijkt toch echt zijn zwanenzang, een gelaagd fantasieverhaal over een jongen die zijn moeder tijdens een grote brand verliest. Zijn vader krijgt een nieuwe vrouw, bij wie ze vervolgens gaan wonen. Een vreemde reiger lokt de jongen naar een magische toren, waarna hij in een magische wereld belandt. Het avontuur gaat stiekem over veel meer dan je denkt: verlies, verwerking, zelfvertrouwen, leren loslaten en hoe we er allemaal naar streven het leven vorm te geven.
Soms ontmoet je mensen die meteen aanvoelen als zielsverwanten. In Past Lives volg je Nora en Hae Sun, die als kinderen niet zonder elkaar kunnen. Maar als Nora vanuit Zuid-Korea naar de Verenigde Staten emigreert, verliezen ze elkaar uit het oog. Totdat internet hen weer met elkaar in contact brengt. Vervolgens onderzoekt de film een relatie die had kunnen zijn, maar het nooit werd. Een heel mooie en stille film over het lot, de liefde en keuzes die de rest van ons leven beïnvloeden.
Alles is al gezegd over Oppenheimer, maar ik was drie uur lang geboeid door dit verhaal over de vader van de atoombom. Een biopic van Christopher Nolan is geen standaard levensverhaal. We razen door verschillende tijdlijnen en perspectieven en op het moment dat de eerste test met een atoombom plaatsvindt, zit je vastgenageld aan je stoel. Er volgt dan nog een geweldige derde akte. Niet alleen de wereld, maar ook J. Robert Oppenheimer zelf beseft de enorme gevolgen van deze uitvinding.
Een paar speciale vermeldingen nog. Killers of the Flower Moon is een waanzinnig portret van Martin Scorsese over een bijna vergeten genocide in de Verenigde Staten, waarbij een familie van oliebezittende Osage-indianen gedecideerd werd vermoord.
Beau is Afraid is een bizarre, bijna Truman Show-achtige film over een man met een Oedipus-complex die een reis aflegt en zichzelf steeds verder in de nesten werkt. Alles zit hem tegen. Vooral het eerste deel is waanzinnig duister én komisch.
En Babylon is een rommelige en gemankeerde film met een paar ijzersterke scènes die wat mij betreft uiteindelijk toch werkt als liefdesbrief aan de film. Met alles wat daarbij komt kijken, ook de acteurs die er aan onderdoor zijn gegaan. Het besef dat hun geesten nog dagelijks zorgen voor verwondering in bioscopen en op tv bij mensen thuis is iets heel moois.
IV. Series
Ik ben meer een filmkijker dan een seriekijker. Vaak haak ik bij series vroegtijdig af, want ik heb niet altijd zin om weer een uur in een aflevering te stoppen om na afloop nog geen meter te zijn opgeschoten in het verhaal. Maar er zijn uitzonderingen.
Zo was daar How to with John Wilson op HBO met het derde en laatste seizoen. De documentaireserie bestaat uit video-essays van een halfuur over uiteenlopende onderwerpen. Bijvoorbeeld over steigers, het delen van een rekening en het vinden van een openbaar toilet. Al snel gaat het alle kanten op. Zo probeert Wilson in een van de afleveringen sportfans te doorgronden, maar uiteindelijk wordt het een prachtig portret over liefhebbers van stofzuigers. Het een komisch portret over het leven in New York, maar ook een liefdesbrief aan kleine geluksmomenten.
Op Netflix staat de animéserie Pluto, waar ik dit jaar te weinig mensen over heb gehoord. De mysterieuze tech-noir speelt in een toekomst waarin mens en robot naast elkaar leven. Als een van de meest geliefde robots ter wereld op brute wijze wordt uitgeschakeld, krijgt inspecteur Gesicht de taak te achterhalen wie er achter zit. Al snel blijkt een veel groter gevaar op de loer te liggen. De serie is gebaseerd op een verhaal van Astro Boy, maar dan een stuk duisterder en diepzinniger.
Vooraf had ik weinig verwachtingen van The Last of Us, want wanneer werkt het nou om een game te verfilmen? Maar naar deze HBO-serie keek ik elke week reikhalzend uit. Hij hoort alleen al op de lijst vanwege de derde aflevering, Long, Long Time. Een korte film op zich over twee mannen die verliefd op elkaar worden terwijl de aarde langzaam vergaat. Je volgt hen gedurende twintig jaar en aan het einde van de aflevering biggelen de tranen over je wangen.
Nog een lekker korte Netflix-serie met een kop en een staart: Beef. Het begint met een schijnbaar onschuldige verkeersruzie. Er komen wat middelvingers aan te pas. Dan escaleert die ruzie en hij blijft de hele serie lang escaleren. Het wordt almaar erger. De serie is tragisch, spannend, geestig en een rake observatie van klassenverschillen.
V. Games
Ik heb het te doen met gamecritici die dit jaar een genummerd lijstje moeten maken van de beste games van het jaar. 2023 werd gedomineerd door een paar gigantische games die ook nog eens uitstekend waren. Ik licht er drie uit.
Alan Wake II is speciaal voor mij gemaakt. Dertien jaar na het origineel keer je terug naar het plaatsje Bright Falls, gelegen aan een groot meer en mistige bossen. Een FBI-agente gaat op zoek naar de vermiste schrijver Alan Wake in een avontuur dat fantastisch opent en daarna constant verrast. Je speelt een neerwaartse spiraal richting de waanzin. Het is X-Files en Twin Peaks. Bij vlagen is het hartstikke spannend en dan weer super geestig. Je mag het gerust een wonder noemen dat Alan Wake II bestaat en zo goed is.
De game is bewust cult en enorm meta met verwijzingen naar andere games van ontwikkelaar Remedy, zoals Max Payne, Alan Wake en Control. Zelfs de liedjes, graffiti en borden op straat zijn weer verwijzingen binnen het verhaal wat je speelt. En deze game heeft de beste gamescène ooit. If you know, you know.
In veel opzichten is Baldur's Gate 3 de ultieme game. Het is in elk geval een van de beste roleplayinggames die ik ooit speelde. In alle aspecten van de game vind je ongekende vrijheid om het avontuur te beleven zoals jij dat zelf wil. Dat begint al bij het aanmaken van een personage, maar wordt doorgevoerd in elk gesprek wat je in de wereld hebt. Gevechten met vijanden kun je zelfs uit de weg gaan door je een weg uit penibele situaties te praten.
Voor alles is een oplossing die je niet gewend bent uit andere games. Waar je normaal gesproken op zoek moet naar een sleutel om een deur te openen, geeft Baldur's Gate 3 je bijvoorbeeld de vrijheid om die gewoon in te slaan met een bijl. Of je laat iemand uit je team het slot kraken. Of je vindt een gat in de muur waar je alleen doorheen kan als je jezelf met een spreuk laat verkleinen, om zo alsnog de afgesloten ruimte in te komen.
Ondertussen leer je jouw teamgenoten (en hun achtergrondverhalen) beter kennen en wordt het overkoepelende verhaal in de grote wereld steeds epischer. Het is een waanzinnige game die in het begin overrompelt (zeker als je nooit Dungeons and Dragons hebt gespeeld), maar het is de investering meer dan waard.
Ik vond Breath of the Wild een prima Zelda-game, maar de lege wereld en de herhaling in gameplay begon uiteindelijk iets te vervelen. Ik had daarom geen hoge verwachtingen van het vervolg, The Legend of Zelda: Tears of the Kingdom, maar al snel greep het avontuur me bij de strot om het pas tientallen uren later los te laten.
Deze Zelda-game ademt simpelweg plezier en laat je grenzeloos creatief zijn. Dat komt door de krachten waarmee je door plafonds kunt teleporteren om bijvoorbeeld vanuit een grot bovenop een berg uit te komen. Maar ook omdat je zelf voertuigen en andere bouwwerken in elkaar kan plakken en wapens kan combineren met van alles en nog wat. Als je het bedenkt, werkt het.
VI. Boeken
Ik las dit jaar 22 boeken. Bij elkaar tellen die volgens Goodreads 6.762 bladzijden.
Aan het begin van dit jaar genoot ik erg van Verzamelde werken, een debuut van de Zweedse schrijfster Lydia Sandgren, die hier tien jaar aan werkte. Het valt precies in mijn straatje. Over de 50-jarige uitgever Martin die er al zijn leven lang van droomt om zelf gevierd schrijver te worden. Het lukt maar niet, terwijl zijn oude vriend Gustav van hem succes na succes boekt als kunstenaar. Ze hebben een moeizame relatie, niet in de laatste plaats omdat Gustav niet van de drank en drugs kan afblijven.
Het verhaal kabbelt fijntje voort terwijl we de geschiedenis van Martin voor onze ogen zien ontvouwen. Ooit was er een vrouw in zijn leven, met wie hij twee kinderen heeft. Tot ze plotseling verdween. Wat is er gebeurd? Uiteindelijk weeft Sandgren alle verhaallijnen in dit familiedrama bij elkaar. Prachtig boek.
Auke Hulst schreef De Mitsukoshi Troostbaby Company, over een sciencefictionschrijver en zijn vriendin Mila die uit elkaar gaan. Ze wil geen baby van hem en laat een abortus uitvoeren, niet veel later krijgt ze een kind met een ander. De schrijver kan het verlies niet accepteren en neemt een robotkind. En dat resulteert in een pil van een boek, waarin een alternatieve realiteit wordt verkend. Het gaat over wat had kunnen zijn, maar ook over verwerking en het loslaten van een geliefde. Het onvermijdelijke lot: hoe steviger je een sneeuwbal in je handen probeert te houden, hoe sneller hij smelt.
Maarten Reijnders schreef over De hackers die Nederland veranderden. Het begon met een groepje jonge computerkrakers dat kwajongensstreken uithaalde om bijvoorbeeld gratis naar het buitenland te bellen. De Nederlanders doorzagen hoe de technologie werkte en konden het naar hun hand zetten. Niet alleen staan er spannende avonturen in het boek, je krijgt direct een mooi overzicht van de onstaansgeschiedenis van het internet. Je krijgt er heimwee van naar de jaren negentig en begin 2000, toen we nog niet waren overgeleverd aan de grillen van geschifte techmiljardairs.
Lees vooral ook Hemel van Mieko Kawakami. In tweehonderd pagina’s wordt je keel steeds iets verder dichtgeknepen, terwijl je meeleest hoe hoofdpersoon Kojima heftige pesterijen op school ondergaat. Hij ontmoet een meisje wat ook wordt gepest. Ze trekken met elkaar op en vinden steun bij elkaar. Hemel zet je aan het denken, bijvoorbeeld over wat vriendschap eigenlijk is.
Heel erg bedankt voor het lezen van deze blog. Ik begon er 42 weken geleden mee als schrijfoefening en digitaal logboek voor mezelf. Inmiddels leest een gezellige, steeds groter wordende club wekelijks mee via de nieuwsbrief. Jullie zijn hartelijk welkom allemaal, ik hoop dat je met plezier blijft lezen en dat je er zo nu en dan iets waardevols uit haalt.
Tot volgend jaar!
Je las mijn weblog van 25 tot en met 31 december. Abonneer je op mijn gratis nieuwsbrief om deze blog elke zondag vanzelf in je mailbox te ontvangen.
Comments